It’s the democracy, stupid!


Voor veel Israëli’s is democratie een randgebied dat in de dagelijkse strijd tegen de terroristische vijand voornamelijk lastig is, schrijft columnist Tom Spiero.

Toen kandidaat William J. Clinton in 1992 als kandidaat van de
Democraten deelnam aan de  verkiezingen voor het Amerikaanse
presidentschap, hield hij zichzelf voor dat het overheersende thema de
economie was: “It’s the economy, stupid”. Alleen een idioot had dat
niet in de gaten, aldus Clinton. In Israël gaat het vandaag de dag om
iets veel belangrijkers: de democratie zelf.

Oud-premier Benyamin Bibi Netanyahu heeft nooit mijn vertrouwen
genoten. Daarmee heb ik geluk gehad. Hij heeft het daardoor namelijk
ook nooit kunnen beschamen. Mijn afkeer van Bibi was zo groot dat ik ?
toen hij mijn zoon in Haifa’s Rambam ziekenhuis kwam bezoeken ? mij
tijdig uit de voeten maakte om hem geen hand te hoeven geven. Ik heb
deze voormalige verkoper van rotan meubilair nooit kunnen betrappen op
een verstandige uitspraak. Dat wil zeggen: tot 31 maart 2004. In een
interview van het Nederland 1 programma Netwerk, zei hij: “Het
Palestijnse terrorisme is geen uiting van uitzichtloosheid, maar een
uiting van hoop. De hoop dat de voortdurende aanslagen zullen leiden
tot het opgeven van de Staat Israël door haar bevolking. Die hoop is
ijdel.”.  Ik denk dat Netanyahu daarin gelijk heeft. En desondanks
trekt Netanyahu ook nu weer de verkeerde conclusie uit deze waarneming.
Namelijk, dat het bestaan van de Staat niet bedreigt wordd. Dat is ?
tot mijn verdriet ? echter wel het geval. Het is de democratie zelf die
gevaar loopt, idioot.

 Ik weet niet in hoeverre de schrijver J.B. Charles ? pseudoniem
voor de Leidse professor W.H. Nagel ? vandaag de dag nog bekend is.
Zijn werk en leven behoren tot het goede wat Nederland heeft
voortgebracht. In zijn pamflet “Voor kinderen van ezeldrijvers” (Bezige
Bij, 1965), maakt Charles zich o.a. kwaad omdat aan Prins Bernhard een
aangeboren beschaving wordt toegeschreven. Van alles en nog wat, zo
betoogt Charles, mag aangeboren zijn. Beschaving hoort daar niet bij.
Die wordt je bijgebracht. Zo is het met democratie ook.
Mensen worden niet als democraat geboren. Je opvoeding leert je de
waarde van democratie te herkennen en lief te hebben. Je leert hoe
onaantrekkelijk alle denkbare alternatieven voor democratie zijn. En je
leert dat je een persoonlijke verantwoordelijkheid hebt de democratie
te verdedigen.

Trouwe lezers kunnen weten dat ik een sociaal-democraat ben. In eigen
kring vertelde ik partijgenoten nog onlangs, dat ik mijn voorkeur bij
de stembus zou verloochenen voordat de sociaal-democratische beweging
de meerderheid zou behalen. Ik bedoel maar: een meerderheid is een
bedreiging van de democratie. Zozeer verdient de democratie verdedigt
te worden, dat ik aan een meerderheid voor de politieke beweging van
mijn voorkeur niet mee wil werken. Bij democratie hoort pluriformiteit.
Wat niet wil zeggen dat pluriformiteit en democratie één en hetzelfde
zijn.

Voor veel Israëli’s is democratie een randgebied. De problemen in het
Israëlische dagelijks leven zijn dusdanig groot, dat belangstelling
voor een abstracte notie als democratie als een irrelevante luxe wordt
gezien. Democratie is in die gedachtegang iets waar je eerder last dan
gemak van hebt in de dagelijkse strijd tegen de terroristische vijand.
Die beperkt je ? als je niet uitkijkt ? in je mogelijkheden je vijand
te bestrijden. Het is ontegenzeggelijk waar, dat het aanhouden van
geweld het draagvlak voor de democratie in iedere samenleving
ondermijnt. Minder ingrijpende gebeurtenissen oefenen al grote druk uit
op samenlevingen die stevig geworteld lijken in de democratische
traditie. Dat bleek onlangs weer eens in Nederland, toen een ruime
meerderheid in een opinieonderzoek zich uitsprak voor de gedwongen
acceptatie van

Advertentie (4)