Fysicus Hans Bethe overleden


De joodse atoomgeleerde Hans Bethe, een van de laatste grote natuurkundigen van de 20e eeuw, is zondag op 98-jarige leeftijd in zijn woonplaats Ithaca, N.Y. overleden. Bethe was nauw betrokken bij het ontwerp van de eerste atoombom, en werd daarom wel ‘een van de mooiste geschenken van Nazi-Duitsland aan de Verenigde Staten’ genoemd.

Hans Albrecht Bethe werd in 1906 in Straatsburg geboren en promoveerde
in 1928 aan de Universiteit van Muenchen op een natuurkundig
proefschrift. Hij vluchtte in 1933 uit Duitsland nadat
hij zijn baan aan de universiteit van Tuebingen kwijt was geraakt omdat
zijn moeder joods was. In 1936 trad Bethe in dienst bij de Cornell
Univetieit in Ithaca, N.Y.

In
1938 kreeg Bethe de Nobelprijs voor natuurkunde voor de ontdekking van
de koolstofcylus-formule, waarmee hij aantoonde dat bijna alle energie
die door sterren wordt geproduceerd
afkomstig is van kernfusie, waarbij waterstof als brandstof
dient en koolstof als katalysator.

Van 1943 tot 1946 stond Bethe aan het hoofd van de theoretische
afdeling van het Manhattan Project in Los Alamos dat ‘s werelds eerste
atoombom bouwde. Aanvankelijk aarzelde Bethe om betrokken te raken bij
de ontwikkeling van nucleaire wapens, later zou zijn bijdrage van
crucuaal belang blijken. “Hoewel de ontwerpers van de atoombom wisten
welk potentieel het wapen had, was de uitwerking in werkelijkheid erger
dan wij hadden verwacht”, zei Bethe in 1996 in een vraaggesprek met
Associated Press. “Na Hiroshima zeiden velen van ons: ‘Laten wij er op
toezien dat het niet weer gebeurt’.” Na de oorlog werd Bethe een van
Amerika’s fanatiekste voorvechters van de ontmanteling van atoomwapens
en speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van het verdrag
tegen kernproeven in de atmosfeer uit 1963 en het
antiballistische-rakettenverdrag uit 1972. “Dergelijke wapens kosten
niet alleen ontelbare levens, maar ook vrijheid en menselijke waarden”,
zei hij daarover.  In 1988 riep hij zijn collega-wetenschappers in een open brief op te stoppen met de ontwikkeling van atoom- en andere massavernietigingswapens.

Hans Bethe deed gemiddeld eens per 10 jaar een baanbrekende
wetenschappelijke ontdekking. Zo ontdekte hij dat atomen zijn opgebouwd
uit kleinere deeltjes, hoe sterren eindigen als supernova’s en hoe uit
de as van deze supernova’s de zwaardere elementen ontstaan. De drie
grote artikelen die bethe schreef aan het eind van de jaren ’30 stonden
bekend als ‘Bethe’s bijbel’. Samen vormen ze tot op heden het eerste
studieboek voor atoomfysica.

Volgens astrofysicus Edwin Salpeter was Bethe uniek in zijn vermogen
andere wetenschappers te laten zien hoe ze wetenschap simpel konden
houden. Hij werkte net als andere mensen, alleen veel beter. Anderen
waren misschien genialer dan Bethe, maar van een genie steek je als
gewone sterveling nu eenmaal minder op, omdat ze vaak een totaal
afwijkende manier van denken en werken hebben.”  Hans Bethe
gebruikte voor zijn berekeningen uitsluitend een rekenlineaal; een
electronische calculator was aan hem niet besteed.

Zie verder: LA Times, 8 maart 2005

Advertentie (4)