Dienstweigeraars


Uit het dagboek van een vredestichtertje. Afl. 68: Eldad Kisch beleeft een deja-vu tijdens een bezoek aan een militaire gevangenis en overdenkt de tegenstrijdigheden van de ideologische gedachte achter en praktische uitvoering van het dienstweigeren.

Mee op pad naar de militaire gevangenis no. 4. Daar kwamen we 2-3 jaar
geleden nog wel eens demonstreren om onze solidariteit te betuigen met
de dienstweigeraars.

Het was enorm deja-vu: Dezelfde plaats naast de achterkant van
de gevangenis, veel prikkeldraad en vuil. Een verveelde soldaat op de
wachttoren. Veelal dezelfde demonstranten, ouders en vrienden van de
weigeraars.

Alleen is de wijk waar de gevangenis aan grenst nu zo volgebouwd dat je
vanuit de eerste verdieping van de nieuwe cottages alles kunt zien wat
er over de muur op de binnenplaats gebeurt. Van onze kant megafoons,
spreekkoren om de gevangen soldaten (dienstweigeraars) moed in te
spreken. Mislukte pogingen om briefjes met stenen over het hoge
gevangenishek te gooien. De cipiers komen aansnellen, binnen het hek,
om te kijken wat we doen. De nieuwe cottage bewoners, buiten het hek,
klagen meteen over burengerucht, politie wordt ontboden. Maar er
gebeurt eigenlijk niet veel, enkele speeches, nog een liedje en het is
afgelopen. Dit is geen nieuws, geen journalist komt kijken. De
demonstratie zelf is te afgelegen en niet nieuwswaardig.

Even chapiter dienstweigeraars. Twee soorten, weten jullie nog van
toen?, de pricipiele – gebroken geweertje van onze jeugd (het symbool
is nog steeds de rigueur) – tegen het dragen van wapens of
tegen het deel uit maken van een bezettend leger. En dan de groene
lijn-weigeraars, wensen geen actief deel te hebben aan de bezetting en
vooral de bijbehorende uitwassen ervan. Zijn niet tegen de instelling
‘leger’.

Het leger heeft de zaak prachtig in de doofpot weten te stoppen. Geen
grootscheepse rechtzaken meer, die als een boemerang tegen het leger
werkten, geen publiciteit. Het probleem ‘bestaat’ niet meer. De slimme
jongens laten zich stilletjes met het equivalent van S-5 afkeuren. De
echte principiele weigeraars worden na een half tot een jaar
gevangenisstraf, als ze dan niet murw zijn gemaakt, oneervol ontslagen
uit de dienst, ongeschikt bevonden. Alles in stilte.

Nu een gevoelig woord over dienstweigeren uit gewetensbezwaar om wapens
te dragen tegen je medemens. De gedachte heeft iets mooi menselijks. Ik
vind het vegetarisme ook hartelijk, maar ik doe niet mee. Toch moet het
dienstweigeren mogelijk zijn in een vooruitstrevende maatschappij. Een
massale beweging zal het nooit worden; onze jeugd is veel te gespitst
op action. De officiele opvoeding neigt ook absoluut naar militairisme.

Hoewel ik de ideologische basis van het dienstweigeren nog wel kan
volgen, heb ik de praktische uitvoering van het idee niet helemaal
begrepen.  Een land van en voor Joden lijkt mij geen onredelijk
idee. Wij, de Joden, zijn hier ongewenste gasten van de Arabieren. Als
het niet aan onze superioriteit van wapenen lag, geloof ik niet dat we
hier nog zaten. Ik zou niet graag in een positie geraken dat mijn
verdere verblijf in Israël afhankelijk wordt van de goede gunsten van
de Arabische heersers.

Hoe gaan we dit oplossen? De Arabieren zitten met ons opgescheept. Een
binationale staat? Als ik zo om me heen kijk naar de buurlanden, dan is
dat geen attractieve optie. Daar kwam ik trouwens niet voor.

©Eldad Kisch; 2005.

Eldad Kisch woont al meer dan veertig jaar in Israël. “Destijds was
ik flink zionistisch, nu ben ik wat gelouterd,” omschrijft hij
zichzelf.  “Ik bekijk de gebeurtenissen
in onze streken met bezorgdheid, vooral waar onze menselijke en
ethische waarden steeds meer inkrimpen.’

Advertentie (4)