Tijdens Jom Hasjoa op donderdag 24 april, de jaarlijkse herdenking van de Holocaust in de Hollandsche Schouwburg, heeft burgemeester Femke Halsema excuses aangeboden voor de rol van de gemeente Amsterdam bij de vervolging van Joodse inwoners tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ook maakte ze bekend dat er 25 miljoen euro wordt vrijgemaakt om te investeren in de toekomst van het Joodse leven in Amsterdam.
Burgemeester Halsema zei: “De Amsterdamse overheid was, toen het erop aankwam, niet heldhaftig, niet vastberaden en niet barmhartig. En heeft haar Joodse inwoners gruwelijk in de steek gelaten. Namens het stadsbestuur bied ik hiervoor excuses aan. De geschiedenis kan niet ongedaan worden gemaakt. Het is onze plicht om de herinnering aan alle slachtoffers van de Sjoa levend te houden.”
Actieve medewerking aan vervolging
Dit jaar markeert het 80-jarig einde van de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de oorlog werkte de gemeente Amsterdam op verschillende niveaus samen met de Duitse bezetter. Gemeenteambtenaren inventariseerden waar Joodse bewoners woonden, de gemeentepolitie was betrokken bij deportaties, en er werden zelfs trams ingezet om Joden te vervoeren. Van de circa 80.000 Joodse Amsterdammers overleefden slechts zo’n 20.000 de oorlog. Na afloop werden de overlevenden vaak met kille afstandelijkheid door de gemeente bejegend.
investeren in Joods leven Amsterdam
Het stadsbestuur heeft besloten 25 miljoen euro te reserveren voor het versterken van Joods leven in Amsterdam. Een nieuwe commissie, onder leiding van oud-minister Jet Bussemaker, zal adviseren over de beste inzet van deze middelen. De commissieleden zijn Bart Wallet, Boaz Cahn, Dienke Hondius, Sharon Kijl en Bertien Minco.
Lees hier de toespraak van burgemeester Halsema
Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!