Celstraf voor aanslagplannen

Tegen een van de drie mannen die in februari de Dijksynagoge in Sliedrecht in brand wilden steken met molotov-cocktails is een gevangenisstraf van twee jaar geëist. De eis tegen de andere twee is nog niet bekend.

Justitie eiste gisteren bij de Dordtse rechtbank tegen R.B. (20) uit Hardinxveld-Giessendam 24 maanden cel, waarvan acht voorwaardelijk. De behandeling van de zaak tegen de twee andere verdachten, de 19-jarige Hardinxveld-Giessendammer M.V. en de 20-jarige Zwollenaar S. van D., werd aangehouden in afwachting van de uitslag van een psychologisch onderzoek dat duidelijk moet maken hoe zij tot hun rechts-extremistische gedachten gekomen zijn. Hun rol lijkt echter niet kleiner te zijn dan die van B.

De drie hadden boodschappen gedaan, waarbij V. en Van D. wasbenzine kochten. In de kamer van B. maakten ze daar de molotov-cocktails van. Vervolgens liepen ze naar de Dijksynagoge te lopen. V en Van D. stonden op het punt om een ruit van het gebouw in te tikken, terwijl B. hen filmde. Toen een argwanende buurtbewoner boos tegen zijn raam tikte, ging het drietal verderop op een bankje zitten. Daar kon de politie de mannen korte tijd later arresteren.

Tijdens de rechtszaak zei B. zegt een ‘meeloper’ te zijn, die eigenlijk helemaal niet mee wilde. Door drugs en bezoek aan houseparty’s zou hij niet goed beseft hebben wat er gebeurde. Hij zou ook niet rechts-extremistisch zijn. B. had zich niet verzet toen V. de muren van zijn kamer volkalkte met racistische leuzen. Zijn reactie dat hij ‘niet voor en niet tegen’ was, maar het ‘wel interessant vond’ wat V. zei ontlokte rechtbankpresident mr. Bezemer een geïrriteerde reactie: "Bent u nu echt zo’n zacht eitje dat u dat allemaal liet gebeuren? En beseft u wel wat uw acties gedaan hebben met de Joodse gemeenschap in Sliedrecht?"

Na afloop van de rechtzitting zei voorzitter R. Kitsz van de Dijksynagoge erg geschrokken te zijn van de reacties van sommige leden van de gemeente: "Er waren mensen die zeiden dat ze hun koffer al klaar hadden staan. Onder Joden is tot op de dag van vandaag dat gevoel latent aanwezig."

Bron: Algemeen Dagblad

Advertentie (4)