Slechts 25 van de 120 leden van de 18e Knesset uit 2009 zitten nog in de politiek

De Knesset. Foto via Wikimedia Commons

Slechts 25 van de 120 leden van de 18e Knesset, gekozen in 2009, blijken 12 jaar later nog in de politiek te zitten, aldus prof. Ofer Kenig, een hoofddocent aan het Ashkelon Academic College en onderzoeker aan het Israel Democracy Institute (IDI ).

De gegevens die door de IDI worden gepresenteerd, laten een hoge omloopsnelheid in het Israëlische politieke systeem zien.

Binnen sommige partijen is het veel duidelijker dat politici buiten de boot vallen dan bij andere. De Arbeidspartij zal bijvoorbeeld niet eens 1 van de 13 Knesset leden die hun partij vertegenwoordigden in de 18e Knesset op de lijst voor de 24e Knesset hebben die in maart wordt gekozen.

Sommige politici, die na 2009 hun politieke carrière begonnen, zijn er al in geslaagd met pensioen te gaan. Voormalige politici zoals Stav Shaffir, Shai Piron, Avi Gabay, Aliza Lavie, Erel Margalit en Roi Folkman zijn voorbeelden van parlementsleden die erin zijn geslaagd om zowel de politiek te betreden als de politiek te verlaten sinds 2009.

Recentelijk heeft Israël ook gezien dat Gabi Ashkenazi, Avi Nissenkorn, Itzik Shmuli, na nog geen jaar de politiek na de komende verkiezingen weer gaan verlaten.

Kenig stelde de vraag of “grote” omzet goed of slecht is.

“Aan de ene kant heeft de politiek van tijd tot tijd een verfrissende update nodig, een redelijk niveau van uitwisseling van persoonlijkheden is goed en gezond”, zei Kenig in het IDI-persbericht.” Aan de andere kant, wanneer het zo’n extreem hoog aantal betreft kan het het werk van de Knesset schaden in termen van continuïteit, specialisatie en ervaring.”

Volgens anciënniteit zijn er nog maar drie politici over van de jaargang van 1988: Moshe Gafni, Tzachi Hanegbi en Benjamin Netanyahu. Benny Begin, die deel uitmaakte van die jaargang, heeft de mogelijkheid zich weer bij de Knesset aan te sluiten. Afgezien daarvan is de meest ervaren zittende MK Aryeh Deri, die in 1992 werd gekozen.

Volgens Kenig heeft deze trend zowel positieve als negatieve gevolgen.

“Enerzijds moet een robuust politiek systeem worden opgefrist met nieuwe krachten die vol energie, zeer gemotiveerd en vol nieuwe ideeën zijn. In dit opzicht is een redelijk niveau van personeelsverandering gezond voor het systeem”, legt Kenig uit.

Anderzijds kan een abnormaal hoog ‘verdwijnings’ niveau ook een symptoom zijn van een ‘ziek’ systeem: een systeem waarin partijen in hoog tempo opkomen en verdwijnen, het vertrouwen van het publiek ontbreekt en de status van individuele politici laag is” voegde de IDI toe.

“Het moet ook duidelijk zijn dat een dergelijk hoog verloop de werking van de Knesset zou kunnen schaden. Parlementair werk is een complexe aangelegenheid die specialisatie en ervaring vereist. Zonder continuïteit en opbouw van anciënniteit kan de kwaliteit van het werk van de Knesset worden geschaad.”

Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!

Advertentie (4)