Joods relatiebureau in de vorm van een stichting sinds gisteren weer actief

Na een tijdelijke stop is Lea Pagrach gisteren weer begonnen met haar relatie bureau. Er is een medewerkster bijgekomen, de naam is anders, en het bureau is een stichting geworden, maar het doel van het bureau is hetzelfde. Lea Pagrach vertelt in dit interview over koppelen, maar ook over gekoppeld worden: Toen ik alleen was zijn er wel eens pogingen ondernomen. Eerlijk gezegd vond ik het vreselijk en ben er dan ook niet op ingegaan.

Wanneer ben je voor het eerst begonnen met relatiebemiddelen, en waarom?In 1988 ben ik gaan werken bij een relatiebemiddelingsbureau voor academici. Ik had daar een leuke en afwisselende baan en het werk sprak me zo aan dat ik toen ook een opleiding volgde tot erkend relatiebemiddelingsconsulente. Die opleiding werd gegeven door het toenmalige Ministerie van WvC en bestond uit wekelijkse colleges met diverse vakken zoals sociologie, psychologie, luister- en gesprekstraining, rechten en seksuologie. Allemaal korte colleges met de aspecten die belangrijk waren voor het werk als relatiebemiddelingsconsulente. In 1990 werd ik, na het schrijven van een scriptie over ?hoe liefdesrelaties soms als vriendschappen eindigen? beëdigd. Ik ben dus een gediplomeerde koppelaarster. Ik heb een aantal jaren bij dat bureau gewerkt, tot het moment dat mijn huwelijk strandde. Als alleenstaande vrouw kun je dit werk niet doen. Vrouwen denken dat je de leukste man voor jezelf reserveert en mannen denken dat je zelf op zoek bent. Toen ik vier jaar geleden hertrouwde ben ik, mede op verzoek van rabbijn Raph Evers gestart met het eerste professionele en niet-commerciële relatiebureau voor joodse singles in Nederland. Met mijn achtergrond en werkervaring een logische stap. Want in joodse kringen is koppelen heel normaal, het hoort bij onze cultuur. Maar om het op deze manier te doen, als officieel relatiebureau en als erkend relatiedeskundige, zorg je ervoor dat mensen die serieus op zoek zijn naar een partner deskundig en efficiënt geholpen kunnen worden. En dan niet, met de beste bedoelingen overigens, door mensen die het een leuk tijdverdrijf vinden om te doen. Ik mag wel zeggen dat ik me enorm inzet voor de stichting. Bovendien was de service die ik kan bieden er nog niet in Nederland.Waarom ben je gestopt en daarna weer begonnen?Na ruim drie jaar keihard werken en na enkele honderden intakegesprekken, vele geslaagde matches en vele choepot ging ik ten onder aan mijn eigen succes. De werkdruk was enorm, vier dagen per week ging de telefoon en ontving ik cliënten die een partner wilden. Boeiende gesprekken waarvan een verslag gemaakt moest worden, telefoontjes beantwoorden van mensen die meer informatie wilden, cliënten die na een ontmoeting hun verhaal kwijt wilden en correspondentie over de partnervoorstellen die ik presenteerde. Dit, in combinatie met mijn werk als eindredacteur van Hakehillot (kwartaalmagazine voor joods Nederland), het huishouden en de contacten met onze kinderen, bleek niet vol te houden. Ik heb er lang over nagedacht hoe ik verder kon gaan maar op een gegeven moment wist ik het niet meer en besloot ik te stoppen. Nadat hierover in het NIW een stukje verscheen ontstond er een soort kettingreactie: van verontwaardigde mensen ?die zich allang hadden willen laten inschrijven en nu kan dat niet meer?, tot reacties uit joods Nederland: hoe kunnen we je helpen. Ik kreeg advies en liet me adviseren, wat wil ik nu, wat is haalbaar en wat is daarvoor nodig. De oplossing leek simpel: een medewerkster. Toen mij ook nog door een particulier een geldbedrag werd toegezegd waardoor ik alle kosten niet meer voor eigen rekening hoefde te nemen en er zich spontaan iemand meldde die mij dolgraag wilde komen helpen, besloot ik verder te gaan. De behoefte aan deze dienstverlening bleek zo groot, en ik vind dit werk zo leuk om te doen dat ik me vol enthousiasme stortte op de volgende episode: het oprichten van een stichting! Met alle rompslomp van dien. De notaris voor de

Advertentie (4)