Het was toch over met Israël?

Ten onrechte, vindt rabbijn Tzvi Marx, de nieuwe directeur van B. Folkertsma Stichting voor Talmudica, geven de SOW-kerken steeds minder prioriteit aan ‘de Israël-zaak’. "Israël is voor de kerken een identiteitsvraag."

Tzvi Marx, in 1942 geboren in bezet Frankrijk, studeerde aan de orthodoxe Yeshiva universiteit in New York, deed een doctoraal psychologie en promoveerde in 1993 aan de Katholieke Theologische Universiteit van Utrecht. In een voorstad van New York leidde hij zes jaar lang een gemengd conservatief-orthodoxe gemeente. "Dat heb ik met bijzonder veel plezier gedaan. Juist in die tijd kwam er meer aandacht voor de emotionele beleving van het joods-zijn. Emotie, religie, volk, God, dat kwam allemaal samen."In 1976 vertrok Marx naar Israël. "Niet uit ontevredenheid met mijn werk als rabbijn, maar vanuit zionistische motieven. Gewend geraakt aan leven als minderheid in de diaspora, wilde ik weten hoe het voelt om deel te zijn van de meerderheid. Die sociaal-politieke kant van het zionisme had een onweerstaanbare aantrekkingskracht."Hij werd directeur onderwijs van het Shalom Hartman Institute for Advanced Jewish Studies in Jeruzalem, waar joodse, christelijke en islamitische theologen samenkomen voor studie. Na zijn vertrek in 1996 neemt Marx nog jaarlijks deel aan programma’s van het Center for religious pluralism."In Israël heb ik ontdekt dat een land geen synagoge is. Dat blijkt moeilijk te zijn voor Joden die nog nooit in Israël zijn geweest. In de diaspora is de synagoge het hoofdkwartier, ‘het land’. Maar het ís geen land. Een synagoge is een religieuze instantie, die tevens het joodse onderwijs regelt, het joodse maatschappelijk werk, enzovoorts. In Israël heb je daarvoor ministeries, net zoals in andere landen. En in een land ontmoet je, anders dan in de synagoge, mensen die niets met jouw godsdienst te maken willen hebben, maar met wie je wél in een sociaal verband moet zien samen te leven. Mijn verblijf in Israël heeft mij geleerd dat het jodendom niet gaat over het stichten van synagogen maar over het stichten van een rechtvaardige maatschappij, gefundeerd op de waarden van het jodendom. Waarden die gelden voor de totale sociaal-politieke werkelijkheid: onderwijs, justitie, politie , leger, armoede, rechten voor andersgelovigen."Een grote opdracht, zegt Marx, zeker gezien het feit dat de meerderheid van de Israëliërs seculier is. Hoe adviseer je dan over wetgeving, bijvoorbeeld ten aanzien van het leger: is een joods leger als élk leger, of moet het anders zijn, met Jesaja en Jeremia in het achterhoofd? En hoe ga je om met joden, christenen en moslims in een joodse staat? Dat laatste is in elk geval goed geregeld in Israël, vindt Marx. "Voor de verschillende geloofsrichtingen is meer dan genoeg ruimte gemaakt. Na de verovering van Oost-Jeruzalem in 1967 gaf Mosje Dajan de sleutels van de poort naar de Tempelberg terug aan de WAKF, de moslimpolitie, die over de veiligheid van het complex en de moskeeën waakt. De Mormonentempel staat op een van de mooiste locaties in Jeruzalem en toen de Baptistenkerk afbrandde, heeft burgemeester Teddy Kollek deze laten herbouwen op kosten van de staat."Ben Goerion en de andere seculiere zionisten van het eerste uur hebben in zijn ogen wél een fout gemaakt waarvan het land tot op heden de last ervaart. "Zij hebben de macht van de godsdienst onderschat, toen ze bij de stichting van de staat Israël de orthodoxen vrijstelden van de dienstplicht en hen aan het hoofd stelden van de afdeling religieuze zaken. De middenmoot, de modernen, zijn nu het slachtoffer van de seculieren, die -nog steeds- de orthodoxie steunen. Ben Goerion en de zijnen dachten dat religie een onschuldig rudiment was uit de diaspora, the old time religion. Maar daarin hebben zij zich lelijk vergist. Het gevolg is dat de moderne religie zich niet kan ontwikkelen."Marx -hij zou zelf bij de

Advertentie (4)