‘Imams moeten antisemitisme veroordelen’

Dat zei de islamitische filosoof Tariq Ramadan dinsdag tijdens een conferentie in Amsterdam over ‘het nieuwe antisemitisme’.

Imams en islamitische organisaties moeten alle vormen van openlijk of impliciet antisemitisme veroordelen en de diepe band tussen de islam en het jodendom benadrukken. Ze moeten de groeiende jodenhaat onder moslims in Europa de wind uit de zeilen nemen.Dat zei de islamitische filosoof Tariq Ramadan dinsdag tijdens een conferentie in Amsterdam over ‘het nieuwe antisemitisme’. Het vaak felle antisemitisme onder moslims, gevoed door frustratie over het Palestijns-Israëlische conflict, mag volgens Ramadan niet worden gebagatelliseerd.Alleen gevoelens van frustratie en vernedering kunnen de jodenhaat van moslims in Europa niet verklaren, zei Ramadan, die in Zwitserland aan de universiteiten van Genève en Freiburg doceert. "Dit is niet alleen de houding van gemarginaliseerde jongeren, maar ook van intellectuelen en imams die overal de manipulerende hand van de ‘joodse lobby’ zien." Islamitische leiders moeten volgens Ramadan vooral duidelijk maken dat de koran geen rechtvaardiging biedt voor anti-joods denken.Het jaar 2002 liet in bijna alle Europese landen een forse stijging van antisemitische incidenten zien, constateerde Juliane Wetzel, onderzoeker aan het Centrum voor Antisemitismeonderzoek in Berlijn. De piek lag tussen eind maart en half mei, precies de periode waarin het Israëlisch-Palestijnse conflict escaleerde.De daders, voorzover bekend, waren in meerderheid moslims, maar ook in linkse kringen vertaalde sympathie met de Palestijnse zaak zich soms in antisemitische uitingen. Sinds juni 2002 is het aantal antisemitische incidenten in Europa volgens Wetzel aanzienlijk gedaald.

Advertentie (4)