Dramatische zoektocht naar Willy van Biene

Het Haagse joodse jongetje Willy van Biene uit de Van Speijkstraat 78 is op zijn twaalfde verjaardag, 10 september 1943, vergast in Auschwitz. Dat hebben fotograaf Ronald Sweering en zijn vrouw Mirjam Elias ontdekt in hun dramatische zoektocht naar Willy, het jongetje dat Ronald in de oorlog leerde kennen. Lees meer in de Haagsche Courant.

Willy verbleef op een onderduikadres in een kelder in Amsterdam, tegenover het hotel van de ouders van Sweering.Hij werd door de Duitsers afgevoerd op het moment dat Ronnie, de kleine Ronald, meer dood dan levend werd geopereerd aan een verwaarloosde oorontsteking. En zo kwam de dood niet voor Ronnie, maar voor Willy, het joodse jongetje dat Ronald Sweering nooit meer zou loslaten.Mirjam Elias heeft een jeugdboek geschreven over het onvoorstelbare dat Willy en Ronnie is overkomen. Een belofte aan verzetsstrijder Ies Vogel, die haar op zijn sterfbed vroeg een jeugdboek te maken waaruit blijkt dat discriminatie en oorlog niet alleen degenen treft die mikpunt zijn, maar ook trauma’s achterlaten bij andere betrokkenen, vooral bij kinderen. Dat werd het verhaal van Ronnie. Voor in het boek ‘Het verlaten hotel’ dat in februari verschijnt bij uitgeverij Fontein zijn Sweering en Elias in Den Haag op zoek naar een foto van Willy, van wie niets bewaard is gebleven.Op zoek naar de fotoWilly van Biene uit de Van Speijkstraat is op z’n twaalfde verjaardag vergast in Auschwitz. Zoektocht naar een foto van hem voor in een boek over hem en achterblijvers. Een monumentje. Het bovenhuis in de Van Speijkstraat 78, het laatste adres waar het joodse jongetje Willy van Biene in Den Haag heeft gewoond. (foto Evert-Jan Daniels) De Van Speijkstraat 78, boven. Het is het laatste adres geweest in Den Haag van Willy van Biene, voordat hij in de oorlog door zijn moeder naar Amsterdam werd gestuurd. Omdat daar meer joden woonden. In de hoop dat Willy er zou ontsnappen aan vervolging. De Amsterdamse fotograaf Ronald Sweering heeft niet zo lang geleden voor de deur gestaan van de Van Speijkstraat 78. Op zoek naar alles wat met Willy te maken heeft. Het Haagse joodse jongetje dat hij heeft leren kennen op het Amsterdamse onderduikadres van Willy, een kelder tegenover hotel Atlantic, het hotel van Ronalds ouders. Willy, die is afgevoerd op de avond dat Ronald op sterven na dood werd geopereerd aan een verwaarloosde oorontsteking. "Op het moment van de dood die bij mij werd verwacht, is Willy van wie ik dacht dat hij het wel zou redden, afgevoerd en op zijn twaalfde verjaardag, op 10 september 1943, vergast in Auschwitz", zegt Sweering. Willy heeft hem nooit meer losgelaten. Uit schuldgevoel. "Als kind, maar ook later haal je je van alles in je hoofd over tegenhouden en voorkomen." Uit ongeloof. Willy is weer heel dichtbij gekomen op het moment dat Sweering en zijn vrouw, de journaliste Mirjam Elias, werd gevraagd een verhaal te schrijven over het hotel van de ouders van Ronald. Het hotel was niet alleen een verzamelplaats van artiesten, joden, topsporters, vakbondsleiders en Alfred Heineken, de ouders van Ronald hebben er ook 83 joodse kinderen en een aantal joodse families het leven gered. Toen het tien pagina’s tellende verhaal af was, heeft Mirjam de verzetsstrijder Ies Vogel op zijn sterfbed moeten beloven dat zij van het verhaal een jeugdboek zou maken waaruit blijkt dat discriminatie en oorlog niet alleen degenen treffen die mikpunt zijn, maar ook trauma’s achterlaten bij andere betrokkenen. Vooral bij kinderen. Het verhaal van Ronnie, de kleine Ronald. Hij is zijn hele leven ansichtkaarten voor Willy blijven kopen. Om het verhaal van Ronnie te schrijven zijn ze een diepgaande zoektocht begonnen naar Willy. Via een oud telefoonboek, langs bevolkingsregisters, archieven, scholen waarop Willy heeft kunnen hebben gezeten, het dikke dodenboek met alle namen van omgekomen joden. Voor een fotoboekje in het boek ‘Het verlaten hotel’ ? dat in februari verschijnt bij uitgeverij Fontein

Advertentie (4)