Yad Vashem plechtigheid in Beilen

Vrijdag 26 januari 2007 zal om 14.30 uur, in het Woonzorgcentrum de “Wester Es”, Hofstraat 20 te Beilen, een Yad Vashem plechtigheid plaatsvinden. De heer Hilbert Eising (postuum) en zijn echtgenote Tine Eising-Kiers zullen door Joop Levy, officieel vertegenwoordiger namens de Ambassade van Israël, worden onderscheiden.

Een van de belangrijke taken die de Staat Israël zich stelt, is het eren van mensen, die zelf niet Joods zijn en die met inzet van eigen leven en vaak ook dat van hun huisgenoten, tijdens de Holocaust Joodse medeburgers probeerden te redden.
De heer Joop Levy, officieel vertegenwoordiger namens de Ambassade van Israël, zal de onderscheiding uitreiken, in aanwezigheid van de Burgemeester van Midden-Drenthe, de heer R.W. ter Avest.

In het Woonzorgcentrum de “Wester Es”, zullen worden onderscheiden

De heer Hilbert Eising (postuum)

en

zijn echtgenote Mevrouw Tine Eising-Kiers

Hieronder volgt een deel van het verhaal, waarop de getuigenverklaring, bij de aanvraag voor de Yad Vashem onderscheiding aan de heer en mevrouw Eising, is gebaseerd.

“DEZE BESTE MENSEN OP DE HELE WERELD, HILBERT EN TINE EISING IN HIJKEN.”

Uitspraak van de ‘geredde’ Ilana Avni-Wijler aan Yad Vashem Jerusalem.

Bij een Yad Vashem ceremonie vormen oorlog en overleven de kern van de bijeenkomst. In Nederland is voor de oudere generatie “De Oorlog” nog steeds de oorlog van 1940-1945. De generatie die deze niet heeft meegemaakt, groeit helaas op in een wereld met nieuwe brandhaarden. Oorlogen waarin, gelijkend aan de Tweede Wereldoorlog, genocide wordt gepleegd. Gelijkend maar niet geheel gelijk. Het weloverwogen doel van de nazi’s was onder andere Europa te zuiveren van minderheidsgroepen die niet in hun ideologie pasten, zoals zigeuners, gehandicapten en anderen. Hun voornaamste doel echter was de Europees Joodse bevolking consequent en met technische perfectie uit te roeien.

Een aantal joden werd gered door moedige en soms eigengereide mensen. Mensen die niet aan een leiband wilden lopen, die hun nek uitstaken. Helena (Nellie) Wijler, behoorde tot de door de nazi’s aangewezen doelgroep. Dat ze in leven is gebleven, is te danken aan een moedig en eigengereid echtpaar: Hilbert Eising en Tine Eising-Kiers.

Nellie komt uit een groot gezin in Rotterdam. Nadat zij en enkele andere familieleden een aantal maanden her en der waren ondergedoken, besloten haar vader en een oom gebruik te maken van hun mogelijkheid met beider gezinnen te worden geïnterneerd in”Kamp Barneveld”. Ze hoopten dat dit speciale kamp hen bescherming zou bieden tegen deportatie naar de vernietigingskampen. Hetgeen een illusie was. Ze verbleven er van december 1942 tot september 1943.

Nellie Wijler werd op acht september 1944 door Hilbert Eising gevonden in het struikgewas van de boswachterij Hooghalen. Ze was doornat, bang en aan het eind van haar krachten. Boswachterij Hooghalen grensde aan kamp Westerbork, waar ze zich drie nachten zonder eten en drinken had verscholen onder een berg vuile was. Ze was september 1943 in Westerbork aangekomen en stond een jaar later op de deportatielijst. Hilbert Eising was boswachter. Vanuit zijn woonplaats Hijken fietste hij dagelijks naar zijn werkplek en zou die dag in “vak 48” bomen snoeien. Onder de struiken hoorde hij zacht om hulp roepen en vond de 19 jarige uitgeputte Nellie. Hilbert Eising ging bedachtzaam te werk. Hij voerde haar verder het bos in, kruipend over het bospad, buiten de zoeklichten en de patrouille van de Duitsers en vroeg haar om onder het struikgewas op hem te wachten tot de avond. Het meisje was sowieso niet meer in staat enige afstand van betekenis af te leggen.

Om 11 uur s ‘avonds vond hij Nellie terug en gaf haar een deel van het brood en de melk

Advertentie (4)