Coronavirus eist compromissen in veiligheid joodse scholen

Koninklijke Marechaussee bewaakt Rosh Pina. Foto Cnaan Liphshiz

De heropening van de Joodse scholen in Amsterdam eerder deze maand bracht een hoop verlichting bij veel ouders. Ook de scholieren waren blij hun vrienden en vriendinnen weer te zien, maar het nieuwe normaal is niet meer wat het was voor de uitbraak van het coronavirus meldt JTA.

Regels voor sociale afstand en andere coronavirus maatregelen hebben dramatische veranderingen teweeggebracht die zich elders ook zullen voordoen wanneer Joodse scholen daar heropenen.

Maar in Europa, waar Joodse scholen worden bewaakt met poorten, hekken en bewakers, veroorzaken de nieuwe voorzorgsmaatregelen zoals die in Nederland worden geïmplementeerd voor een nieuw en specifiek probleem: “moeten de poorten van de gebouwen open blijven staan ​​om de blootstelling aan het COVID-19 virus te beperken, of brengt dat de beveiliging in gevaar?”

Bij het Cheider, waarvan de lagere school afdeling gedeeltelijk op 11 mei is heropend, worden leraren van studenten gescheiden door plastic vellen die aan het plafond hangen en de klaslokalen verdelen.

‘Het is moeilijk, je kunt niet rondlopen en de leerlingen kunnen je bijvoorbeeld hun notitieboekje niet laten zien, tenzij ze het tegen het plastic vel drukken’, zegt Channa Feige, die Thora onderwijst. ‘Het is bijna onwerkbaar.’

Alle joodse scholen van Nederland bevinden zich in Buitenveldert, een zuidelijke en groene wijk van Amsterdam met grote woongebouwen uit de jaren 70 die tussen het Amsterdamse Bos en het Amstelpark zijn ingeklemd.

De twee basisscholen van deze hoofdstad – Cheider, die 110 studenten heeft, en Rosj Pina, met 270 studenten – hebben de lesuren voor studenten aanzienlijk verkort. De middelbare school, Maimonides, moet nog worden heropend. Het inkorten van de lesuren is opgelegd door het Ministerie van Onderwijs en is bedoeld om het aantal studenten dat op een bepaald moment in één klas verblijft te halveren om de sociale afstand beter te kunnen handhaven en de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan.

Ouders mogen de school niet in. In plaats daarvan begroet het onderwijzend personeel de scholieren op het schoolplein en worden de kinderen naar de klas begeleid.

Bij Rosj Pina was een tijdslotsysteem nodig om het verkeer van ouders en kinderen te coördineren. Maar zelfs bij halve capaciteit moesten de ophaal- en aflevertijden worden verlengd.

“Toen we naar de tijd keken die we nu nodig hebben, begrepen we dat we veranderingen moesten aanbrengen in de manier waarop kinderen binnenkomen en vertrekken”, zegt Jacqueline Brecher, het hoofd van Rosj Pina. “Het was niet mogelijk om sociale afstand te houden zonder veranderingen die veel tijd en moeite kosten.”

Het beveiligingsprobleem

De beveiliging rond Rosj Pina is op verschillende manieren veranderd. De school wil niet alle veranderingen bespreken en verwijst hierbij naar de veiligheid van haar scholieren en docenten.

De straten waar de twee scholen zich bevinden worden gesloten voor verkeer tijdens het ophalen en wegbrengen van de kinderen. Bewakers staan bij de ingang van de straat om deze te beveiligen.

Channa Feige heeft er vertrouwen in dat de nieuwe beveiligingsregelingen de nodige veiligheid bieden. Maar Herman Loonstein, bestuursvoorzitter van Cheider is van mening dat “de noodzaak om infectie te voorkomen een extra complexiteit heeft toegevoegd aan de noodzaak om joodse instellingen te beveiligen”.

Robuuste beveiliging op scholen en andere joodse instellingen in heel Europa bestaat sinds een golf van terroristische aanslagen in de afgelopen decennia. In 2012 doodde een islamist vier mensen – drie kinderen en een rabbijn – op een joodse school in Toulouse, Frankrijk. Vorig jaar arresteerde de politie in Duitsland een gewapende man die volgens getuigen had geprobeerd een synagoge in de stad Halle te bestormen. Op afstand gehouden dankzij een nieuw geïnstalleerde versterkte deur, doodde hij twee mensen in een nabijgelegen kebab restaurant.

Deze spanning manifesteert zich ook elders in Europa. In Italië heeft de regering de synagogen toestemming gegeven weer diensten te houden, op voorwaarde dat ze hun deuren openhouden om de luchtstroom te verbeteren, zegt Milo Hasbani, de president van de Joodse gemeenschap van Milaan. 

‘Voor ons is dit een probleem’.

In Amsterdam waren de veranderingen in de veiligheidsvoorzieningen niet handig voor leraren, ouders en de buurtbewoners, maar ze werken, zegt Brecher. 

‘Op het moment denk ik dat we een veilige omgeving kunnen bieden’.

Brecher, die nu anderhalf jaar als directeur van Rosj Pina werkt, maakt zich zorgen over het besluit van de Nederlandse regering om scholen – inclusief de joodse, die openbaar zijn maar grotendeels worden gerund door joodse gemeenschapsleden – op 8 juni weer volledig te openen.

“Ik voel me minder op mijn gemak bij het terugkeren naar volledige capaciteit omdat we niet veel informatie hebben over wat dit betekent in termen van risico’s”, zegt ze. ‘Maar we bereiden ons er toch op voor.’

De emoties van terugkeren

Kinderen bij Rosj Pina wennen nog steeds aan hun terugkeer naar school, zegt Brecher.

‘Ze waren de eerste week wat verlegen en stil, wat vrij ongebruikelijk is voor onze kinderen. Nu beginnen ze zich al levendiger te gedragen, maar er is enige aanpassing aan de onzekerheid rond de hele situatie.’

Alle Nederlandse scholen begonnen binnen enkele dagen na de sluiting interactieve online lessen te geven via Zoom en Microsoft Teams, waarbij tablets en laptops werden uitgeleend aan gezinnen die ze nodig hadden. Buiten het joodse onderwijssysteem hebben veel andere scholen in Nederland twee tot drie weken de tijd genomen om korte, niet-interactieve video’s te maken voor thuis zittende scholieren.

Alle ouder-leraarbijeenkomsten, lerarenstafbijeenkomsten en sommige lessen blijven online plaatsvinden op Nederlandse scholen om de kans op infectie te verkleinen.

“Onze kinderen hadden niet de aandachtsspanne om alle virtuele lessen die Rosj Pina bood door te nemen”, zegt Ruti Dankner, een moeder van twee kinderen die twee jaar geleden vanuit Israël naar Nederland kwam. ‘We hebben ze wat spullen gegeven.’

Haar 9-jarige dochter, Dorit, zegt dat ze het prima vindt dat ze parttime naar Rosj Pina gaat.

‘Ik wilde dat de school zou beginnen omdat ik mijn vrienden miste. Het is geweldig dat het terug is ‘, zegt ze. “Maar meer uren op school is niet nodig. De manier waarop het nu werkt, is geweldig voor mij. ‘

Advertentie (4)