Nederlandse Denker des Vaderlands noemt verspreiding van joden in de diaspora een ‘zegen’

Hans Achterhuis in Amsterdam, 27 augustus 2017. (Wikimedia Commmons via JTA)

De Nederlandse Denker des Vaderlands noemde de verspreiding van Joden in de diaspora een “zegen” omdat joden machteloos bleven. Hierdoor werd voorkomen dat joden de macht konden bereiken die ze vandaag in Israël hebben, wat resulteert in “religieus gemotiveerd geweld”.

Hans Achterhuis, de eerste ontvanger van de prestigieuze en vorstelijk erkende titel ‘denker van het vaderland’, maakte de opmerkingen in een interview over de rol van religie in de moderne staat voor Trouw, dat de krant donderdag publiceerde, op Israëls nationale Holocaust Herdenkingsdag.

“Hoe vreselijk het verhaal van de Joden ook was, toch was het in zekere zin een zegen dat ze verspreid werden in de diaspora. Ze hadden geen macht, en daarmee ook geen mogelijkheid om religieus gemotiveerd geweld uit te oefenen. En je ziet ook hoe het mis kan gaan als die macht er wel is, in de staat Israël.”, aldus Achterhuis.

Zijn opmerking lokte verontwaardiging uit bij vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap en de Israëlische ambassadeur in Nederland, Naor Gilon, die op Twitter schreef: “Een beschamend artikel in @Trouw op de dag dat we ons de 6 miljoen #Joden die in #Europa zijn vermoord herdenken. De geschiedenis heeft ons geleerd dat het hebben van een Joodse staat – #Israël de enige manier is om te overleven.#NeverAgain”

Trouw vertelde de Jewish Telegraphic Agency dat het interview niet opzettelijk was getimed voor de herdenkingsdag van Israël, Yom Hashoah.

Het CIDI beschuldigde Achterhuis van racisme jegens Joden.

“Tevreden zijn als een groep onderdrukt wordt en bang zijn als ze haar rechten realiseert. Dat is de definitie van racisme, die Hans Achterhuis illustreert in @Trouw ”, schreef CIDI op Twitter. “Hij heeft zijn titel van denker van het vaderland vandaag niet verdiend.”

In een e-mail aan JTA wees Achterhuis de aantijgingen van de hand en zei dat zijn woorden niet gezien mogen worden als een aantasting van het recht op zelfbeschikking van het Joodse volk.

“Ik zie hier geen discriminatie omdat ik denk dat het volkomen normaal is dat Israël zijn rechten realiseert”, schreef Achterhuis.

Hij gaf geen antwoord op de vraag van JTA over de vraag of en op welke manier hij Israël ziet als een faciliterende partij voor het uitoefenen van religieus gemotiveerd geweld.

‘Het Joodse volk bestaat en is mij dierbaar’, schreef Achterhuis. ‘De belangrijkste filosoof die ik bestudeer is Hannah Arendt, die, zoals je weet, een joodse vrouw was. En natuurlijk hebben Joden het recht op zelfbeschikking, en natuurlijk is Israël voor veel Joodse vrienden een middel om dat te bereiken.”

Dit artikel verscheen eerder in Jewish Telegraph Agency (JTA) en is met toestemming van de auteur overgenomen.

Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!

Advertentie (4)