In het Nationaal Bevrijdingsmuseum te Groesbeek is tot eind april een tentoonstelling te zien over het leven van Anne Frank. Scholieren uit Berg en Dal en het Duitse Kalkar maakten gisteren de première mee.
“Je moet met die Duitsers gaan praten joh, keigaaf.” Hollandse Bart,
Duitse Wessel en hun klasgenootjes maakten gisteren met ‘handen en
voeten’ kennis met elkaar. De hoogste-klassers van basisschool Titus
Brandsma in Berg en Dal troffen in het Groesbeekse Bevrijdingsmuseum
leeftijdgenootjes uit Kalkar. Beide scholen waren uitgenodigd om de
première mee te maken van de tweetalige expositie ‘Anne Frank, een
geschiedenis voor vandaag.’
Werelwijd werd de reizende tentoonstelling al in 42 landen getoond en
trok tot nu toe tien miljoen bezoekers. Het is de meestbezochte
Nederlandse tentoonstelling in het buitenland. Na Groesbeek gaat de
expositie een jaar lang reizen langs de Nederlands-Duitse grens.
Leerlingen van het middelbaar onderwijs gaan scholen en andere
bezoekersgroepen rondleiden. Voor de tentoonstelling in Groesbeek zijn
twintig jonge gidsen gerecruteerd van het Stedelijk Gymnasium in
Nijmegen en Kleef.
De expositie vertelt het leven van Anne Frank en haar familie aan de
hand van foto’s en citaten uit haar dagboek. De geschiedenis van de
bezetting maakt duidelijk hoe actueel de thema’s racisme, onderdrukking
en vervolging helaas nog altijd zijn. De tentoonstelling gaat over
heden en verleden. Vandaar de titel: ‘Anne Frank, een geschiedenis voor
vandaag’.Wiel Lenders, directeur van het Groesbeekse Bevrijdingsmuseum,
is razend enthousiast over de Nederlandse-Duitse formule van ‘Anne’.
“We weten niet wat we meemaken. De komende weken krijgt ons museum 2500
scholieren over de vloer. Dat de jeugd wordt rondgeleid door
leeftijdgenoten, is ook heel bijzonder. Het verhaal van Anne Frank is
voor kinderen uit beide landen heel tastbaar. Anne was een gewoon joods
meisje uit Duitsland dat in Nederland opgroeide. Haar relaas brengt de
geschiedenis voor kinderen heel dichtbij.”
De scholieren uit Kalkar en Berg en Dal kregen in het Bevrijdingsmuseum
filmbeelden te zien over het leven van Anne Frank, over de
bombardementen op Kleef en over de verschrikkingen van de Kristalnacht,
toen de nazi’s de joodse synagogen in brand staken. In de
onderduikershut en de schuilkelder van het museum konden de kinderen
ervaren wat Anne Frank twee jaar lang in het Achterhuis gevoeld moet
hebben. Na de rondleiding gingen Duitse en Nederlandse kinderen in
groepjes van vier aan de slag met kijkopdrachten. De taalbarrière
speelde voor de zestig scholieren geen rol. Het verhaal van Anne heeft
immers geen woorden nodig.”Indrukwekkend”, vond juf Monique van de
Titus Brandsmaschool: “De kinderen zijn heel nieuwsgierig naar de
realiteit van de oorlog. Anne is voor hen heel herkenbaar. Anne was ook
een opgroeiende meid die wel eens verliefd was. Het zou hun eigen
verhaal kunnen zijn.”
Anne Frank werd in 1929 in Frankfurt am Main geboren en verhuisde in
1933 naar de Amsterdamse grachtengordel. Toen de oorlog uitbrak, hield
Anne zich met haar familie twee jaar schuil in het Achterhuis en
schreef in die tijd haar beroemd geworden dagboek. In maart 1945 stierf
ze in het concentratiekamp Bergen-Belsen. Sinds de eerste publicatie in
1947 hebben miljoenen over de hele wereld haar dagboek gelezen. Het
boek schept een indringend beeld van de jodenvervolging gedurende de
Tweede Wereldoorlog.
De Anne Frank-expositie is tot en met 27 april te zien in het Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-1945, Wylerbaan 4 te Groesbeek.
Openingstijden: maandag t/m zaterdag 10.00-17.00 uur; zondag 12.00 tot 17.00 uur.
Bron: dagblad De gelderlander, 14 maart 2003.
