Woede over bestemming voormalig joods weeshuis


Een slaaphuis voor daklozen in het voormalige joodse weeshuis aan de Roodenburgerstraat is sollen met het Leidse erfgoed. Leonard Kasteleyn, kunsthistoricus en lid van het Beraad Herdenking Jodenvervolging te Leiden kan er niet over uit.

“Het joods weeshuis is een belangrijk historisch gebouw dat achteloos
wordt verkwanseld door er een daklozenslaaphuis van te maken.”
Kasteleyn is eveneens verbolgen over het feit dat de gemeente de joodse
gemeenschap niet heeft ingelicht over haar plannen met het voormalige
weeshuis dat de afgelopen decennia werd gebruikt door de GGD. “Wij
hebben twee jaar geleden, toen we een tentoonstelling hadden over de
geschiedenis van dat gebouw, met de gemeente afgesproken dat ze ons op
de hoogte zouden houden van de nieuwe bestemming. Nu moeten wij uit de
krant vernemen dat er een daklozenslaaphuis in komt. Dat is niet
netjes.”

Kasteleyn had dit verzoek destijds aan de gemeente gericht omdat de
joodse gemeenschap graag een permanente herdenkingsplaats in het gebouw
wil inrichten. ,,Er is een ruimte die nog precies zo is als toen de
kinderen er woonden. We hadden daar graag een kleine doorlopende
expositie willen maken met oude foto’s.”

Ook wilde Kasteleyn graag een plakkaat op de muur met alle namen van de
omgekomen kinderen en personeelsleden. “Maar we hebben nooit een
reactie van de gemeente gekregen.”

Het voormalige joodse weeshuis heeft een beladen geschiedenis. In 1929
werd het gebouwd als toevluchtsoord voor joodse kinderen. Tot de
deportatie op 17 maart 1943 van het personeel en de bijna vijftig
wezen, bleef het dienst doen als weeshuis. Na de oorlog verkocht de
stichting het gebouw aan de Roodenburgerstraat en betrok de GGD het
pand. Deze instelling verhuisde in 2003 naar de Parmentierweg.

Kasteleyns hoop dat het gemeentebestuur het voormalige joodse weeshuis
eindelijk op waarde schat, is met de laatste ontwikkelingen teniet
gedaan. “Twee jaar geleden bij de tentoonstelling in de Lakenhal was de
interim-burgemeester aanwezig en de wethouder. Toen dacht ik nu komt
het toch nog goed. Maar daar ziet het nu niet meer naar uit.”

Leiden is volgens Kasteleyn een van de weinige gemeenten in Nederland
die geen herdenkingsmonument heeft voor de omgebrachte joden. “En dan
gaat ze ook nog eens het joodse weeshuis verkwanselen. Terwijl de
gemeente een ereschuld heeft in te lossen. Het was tenslotte de
gemeentepolitie die de kinderen en het personeel in de oorlog heeft
opgepakt en afgevoerd.”

Leiden zou een voorbeeld moeten nemen aan Utrecht, de enige andere plek
in Nederland met zo’n weeshuis, meent Kasteleyn. “Daar hebben ze het
gebouw prachtig gerestaureerd en heeft de joodse gemeenschap er een
plek in gekregen.”

Omwonenden van het oude GGD-gebouw in de Burgemeester- en
Professorenwijk hebben zich verenigd in een actiegroep tegen de komst
van een slaaphuis voor daklozen. Hun bezwaren tegen het plan van het
college van burgemeester en wethouders zijn te lezen op de website
[Bron: oudggdgebouw.nl]

Op verzoek van het Centraal Israëlitisch Weeshuis en de Vereniging Oud
Leiden heeft het voormalig Joods Weeshuis aan de Roodenburgerstraat in
april 2004 een plek gekregen op de gemeentelijke monumentenlijst.[Bron:
leidsdagblad.nl, 7 maart 2005].

Bron: leidschdagblad.nl, 11 maart 2005

Advertentie (4)