OM neemt aangifte tegen Kaag voor financiering terreur niet aan

Op 31 mei 2021 deed Oud-Europarlementariër voor de PVV Lucas Hartong aangifte tegen minister van Ontwikkelingssamenwerking Sigrid Kaag op basis van Artikel 421 van het Wetboek van Strafrecht waarmee de financiering van terrorisme strafbaar wordt gesteld. Het OM heeft de aangifte dinsdag afgewezen.

Hartong besloot te aangifte in te dienen omdat de Kaag de fraude negeert waarmee de Union of Agricultural Work Committees (UAWC) fondsen doorsluist naar de marxistische terreurorganisatie Volksfront voor de bevrijding van Palestina (PFLP).

Het UAWC is de door Nederland gesteunde Palestijnse organisatie waarvan 2 medewerkers (Samer Mina Salim Arbid en Abdul Razaq Farraj) in 2019 een bomaanslag pleegden waarbij de 17-jarige Rina Shnerb om het leven kwam. In juli 2020 schortte minister Kaag de subsidie aan het UAWC op, maar hervatte de subsidie deels in mei dit jaar.

Het argument van minister hierbij is dat de twee daders geen deel uitmaakten van het door Nederland gesteunde project, ondanks het feit dat zij salaris ontvingen de UAWC. De minister wijst er ook op dat het UAWC geen terroristische organisatie is en negeert hiermee de vele waarschuwingen die Nederland heeft ontvangen dat het UAWC terroristen van de PFLP in dienst heeft.

Volgens de minister zou het echter een schok zijn geweest dat twee medewerkers van de door Nederland gesteunde organisatie betrokken waren bij de bomaanslag. Zij heeft in mei een extern onderzoek laten instellen waarmee de banden tussen het UAWC en de PFLP worden onderzocht.

Verassend hierbij is dat de informatie die Israël hierover heeft gedeeld en die ook deels openbaar beschikbaar is, nog niet met het onderzoeksbureau is gedeeld. De uitkomst van het onderzoek laat zich dan ook raden.

Verder wordt als argument door het OM en de minister naar voren gebracht dat er nu waarborgen zijn ingesteld om de Palestijnse boeren via een consortiumpartner van het UAWC te betalen zonder dat er geld direct naar het UAWC gaat. Ook zal een externe auditor de betalingen vooraf en achteraf toetsen, waarbij nog steeds voorbij wordt gegaan aan het feit dat de fondsen worden doorgesluisd.

Op basis van deze stand van zaken is er volgens de Officier van Justitie geen sprake van een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit.

Ontvang gratis onze nieuwsbrieven!

Advertentie (4)